FOCUS OP
ENERGIETRANSITIE!
 
 
 
 
Samen met de andere gewestelijke regulatoren hebben wij een nauwgezette controle georganiseerd van de levensvatbaarheid van elk van de op de markt aanwezige leveranciers.
Pascal Misselyn
Directeur van BRUGEL
 
 

Wat waren de gevolgen voor de Brusselse energiemarkt van de opeenvolgende crisissen in 2021 en 2022?

Pascal Misselyn: Na de covidcrisis heeft de wereldwijde energiecrisis zich in verschillende fasen voltrokken. Eind 2021 zijn de energieprijzen sterk gestegen. Begin 2022 heeft de oorlog in Oekraïne de situatie verder verergerd. Voor de energieleveranciers die actief zijn op de Brusselse markt is de situatie gespannen: sommige zijn in ernstige moeilijkheden geraakt of zelfs failliet gegaan. Samen met de andere gewestelijke regulatoren hebben wij vervolgens een nauwgezette controle georganiseerd van de levensvatbaarheid van elk van de op de markt aanwezige leveranciers.

Régis Lambert: In 2022 moesten leveranciers meer aandacht besteden aan de toestand van hun liquiditeit. Als zij niet al hun schulden bij hun afnemers kunnen innen, kunnen zij hun verplichtingen tegenover de distributienetbeheerder (DNB) niet meer nakomen. En zouden ze zo hun toegang tot het net verliezen. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) konden we alleen de drastische vermindering van het aanbod en de terugtrekking van verschillende leveranciers vaststellen. Zozeer zelfs dat er tegen het einde van het jaar nog maar twee leveranciers over waren voor de residentiële sector: Engie Electrabel en TotalEnergies. En slechts enkele leveranciers waren nog actief in het professionele segment.

 

Welke instrumenten en maatregelen heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geïmplementeerd om deze crisis te beheersen?

Pascal Misselyn: Voor het residentiële segment werd de crisis voornamelijk op federaal niveau beheerd, met name door de uitbreiding van het sociale tarief tot de rechthebbenden op een verhoogde tegemoetkoming voor gezondheidszorg (RVT). Dankzij deze maatregel heeft 30% van de Brusselse bevolking van dit tarief kunnen profiteren. Aangezien ook de middenklasse met bescheiden inkomens door de crisis is getroffen, heeft de Brusselse wetgever besloten de inkomensgrens voor het statuut van beschermde klant te verhogen, zodat een groter aantal consumenten ervoor in aanmerking komt. Dit is trouwens de enige maatregel die de Brusselse regering heeft kunnen nemen om de gevolgen van de crisis op te vangen.

Régis Lambert : In deze context heeft het statuut van beschermde klant ook geprofiteerd van andere maatregelen die de toegang tot dit recht hebben helpen bevorderen. Na het automatische karakter van het statuut (de leverancier heeft nu de mogelijkheid om een in aanmerking komende klant automatisch over te schakelen - noot van de redactie), kunnen consumenten nu toegang krijgen tot het statuut na een eerste herinnering voor onbetaalde rekeningen, en niet meer na een ingebrekestelling door de leverancier. Als we kijken naar de combinatie van de twee maatregelen: verhoging van de inkomensgrens en toegang vanaf de eerste herinnering, komt 80% van de Brusselaars in aanmerking. Men hoopt nu dat de rechthebbenden deze hulp zullen inroepen.

Pascal Misselyn: Ondanks de batterij bestaande maatregelen, stellen wij vast dat het gebruik van dit recht relatief beperkt blijft. De toename van het aantal beschermde klanten in het BHG is dan ook niet duizelingwekkend. Tussen begin en eind 2022 zijn we van 2.200 naar 4.500 beschermde klanten gegaan. Er zij op gewezen dat BRUGEL de instantie was die in 2022 de meeste statuten van beschermde klant toekende. Gezien de situatie verwachten wij dat de aantallen in 2023 met enkele duizenden zullen toenemen.

 

En hoe zit het met de kmo’s en de kleine zelfstandigen die ook onder de crisis hebben geleden?

Régis Lambert In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd een aantal kleine bedrijven met een hoog energieverbruik (horeca, bakkers, slagers, enz.) zwaar getroffen door de covidcrisis in eerste instantie, en vervolgens door de energiecrisis in tweede instantie. Helaas beschikt de gewestelijke wetgever niet over specifieke instrumenten om hen te helpen op energiegebied. De steunmaatregelen hadden dus een meer algemene economische strekking.

 

Na jaren van aanpassing werd MIG6 eind 2021 gelanceerd. Welke conclusies trekt u uit deze lancering?

Pascal Misselyn: Het klopt dat het Atrias-platform na veel vertraging online is gegaan. We moeten echter erkennen dat dit een ambitieus en bijzonder ingewikkeld project is om te beheren. We wisten dat deze lancering een uitdaging zou zijn, aangezien de energiecrisis de zaken nog een stuk complexer heeft gemaakt. Deze crisis heeft de hele energiesector onder druk gezet: de callcenters van de leveranciers werden overspoeld en er werden IT-middelen ingezet om de sociale maatregelen op federaal niveau uit te voeren. Eind 2022 was de situatie echter aanzienlijk verbeterd. Wij constateren trouwens dat Atrias zich volledig bewust is geworden van het probleem.

Régis Lambert We kunnen hier spreken van een “perfect storm1“! In 2022 wilden wij begrip en tolerantie tonen tegenover de operatoren die het project beheren. De BRUGEL-teams volgen dit dossier echter op de voet, want we willen nu dat het zo snel mogelijk beter gaat.

 

De nieuwe energieordonnantie werd in de loop van 2022 van kracht. Welke sociale vooruitgang stelt die voor?

Régis Lambert: De nieuwe ordonnantie heeft de verdienste dat ze talrijke sociale maatregelen voorstelt, waarvan BRUGEL er een aantal al lang verdedigt. Deze vorderingen omvatten de afschaffing van de vermogensbegrenzer, de verhoging van de inkomensdrempels voor de toekenning van het statuut van beschermde klant, het automatische karakter van dit statuut, de gegarandeerde levering , enz. Sommige maatregelen zijn echter doeltreffender gebleken dan andere.

Pascal Misselyn: De gegarandeerde levering is bijvoorbeeld niet zo succesvol geweest als verwacht. Deze wettelijke bepaling maakt het mogelijk dat een klant door de DNB wordt bevoorraad als hij geen leverancier kan vinden omdat hij te veel schulden heeft. Deze oplossing moet door de OCMW’s worden aangeboden. En het toeval wil dat de OCMW’s, die sinds het begin van de crisis over aanzienlijke financiële middelen beschikken, liever rechtstreeks de schulden van de afnemers betalen dan een beroep te doen op deze mogelijkheid, die zij moeilijk te beheren vinden.

 
Om deze energietransitie te optimaliseren, heeft de markt oplossingen nodig die klanten bewust maken inzake energieopslag, laadpalen voor elektrische voertuigen, flexibiliteit of diensten van derde investeerders.
Régis Lambert
dd. Directeur van BRUGEL
 

Wat zou structureel de beste optie zijn om de markt te stimuleren?

Pascal Misselyn: Als de energiecrisis achter de rug is, moeten we absoluut terug naar de basis en het gebrek aan concurrentie tussen de leveranciers aanpakken. De schaarste aan leveranciers in het Brusselse gewest werkt in het nadeel van de consument en de prijzen die op de markt worden aangerekend. Deze schaarste beïnvloedt ook de marktdynamiek.

Régis Lambert: Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft meerdere actoren nodig om innovatieve oplossingen aan te bieden op het vlak van diensten en technologie. Leveranciers moeten elkaar kunnen uitdagen om de energietransitie te stimuleren. Om deze transitie te optimaliseren, heeft de markt oplossingen nodig die klanten bewust maken inzake energieopslag, laadpalen voor elektrische voertuigen, flexibiliteit of diensten van derde investeerders. En voor deze dynamiek zijn leveranciers nodig, ...

 

Wat is het belangrijkste feit over de energietransitie in 2022?

Régis Lambert: 2022 was het jaar van het energiedelen omdat in dat jaar de eerder ontwikkelde systemen werden ingevoerd. De richtlijn inzake energiedelen dateert van 2018, maar de Brusselse ordonnantie werd pas in april 2022 aangenomen. En het is deze ordonnantie die het hele systeem van energiedelen concreet in het leven roept. Andere elementen zoals voorlopige voorkeurtarieven en het eveneens voorlopige technisch reglement werden vervolgens aan deze basis toegevoegd. Deze aspecten werden in oktober 2022 afgerond. Tegelijkertijd is BRUGEL volledig operationeel geworden voor de toekenning van vergunningen voor energiegemeenschappen. Daarnaast werden ook verschillende door onze diensten geproduceerde communicatiedragers aan het publiek en de belanghebbenden aangeboden.

Het gaat er nu dus om alle belemmeringen weg te nemen die de invoering van verschillende modellen voor gedeeld gebruik in de weg kunnen staan. Niets staat op voorhand vast, want de procedures zijn niet eenvoudig. Tot op heden is er geen concrete vraag naar energiegemeenschappen geregistreerd. Maar het is belangrijk te benadrukken dat het hele kader klaar is en wij hopen zeer binnenkort de eerste aanvragen voor energiegemeenschappen te zien.

 

U zegt dat de procedures niet eenvoudig zijn. In welke mate?

Régis Lambert: In een deelmodel zijn de beheersprocedures ingewikkelder voor de consumenten. Er is niet langer slechts één “klassieke” energieleverancier, maar ook een tweede leverancier voor het delen van energie. Er is niet langer één contract, maar een tweede, voor het delen, enz. De rol van BRUGEL bestaat er dus in overmatige complexiteit te vermijden. Dit is een uitdaging, aangezien we te maken hebben met een specifieke sociaal-economische structuur en een energiekloof. Om te slagen moet de energietransitie eerlijk, billijk en inclusief zijn.

Wat vindt u van het door Sibelga voorgestelde stappenplan voor de ontwikkeling van slimme meters in het BHG?

Pascal Misselyn: Ter herinnering, smart metering verwijst naar een apparaat om energiegegevens op afstand te verzamelen, via communicerende elektronische meters. In dit opzicht maakt de nieuwe Brusselse ordonnantie het plaatsen van slimme meters veel gemakkelijker dan de vorige. Het door Sibelga voorgestelde stappenplan houdt rekening met de nieuwe mogelijkheden die de ordonnantie biedt: het stappenplan voorziet in het beogen van bepaalde verplichte niches, terwijl het zichzelf toestaat deze technologie op andere interessante gebieden te installeren. Dit is een goede zaak. Wil de burger er gebruik van kunnen maken, dan mag het niet beperkt blijven tot een louter technische oefening, maar moet het diensten aanbieden.

Régis Lambert: Na een gedetailleerde analyse van dit stappenplan hebben we Sibelga gevraagd om ambitieuzer te zijn en aan te sluiten bij de vereisten van de noodzakelijke energietransitie. Wij vertrouwen erop dat de tweede versie, die binnenkort verschijnt, beter aan deze doelstelling zal beantwoorden.

 
Om te slagen moet de energietransitie eerlijk, billijk en inclusief zijn.
Régis Lambert
dd. Directeur van BRUGEL
 

Denkt u dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest klaar is voor de energietransitie?

Régis Lambert: In ieder geval zorgen wij er dagelijks voor! Gezien de omvang van ons grondgebied zijn er sectoren zoals wind- of hydro-elektrische energie of de flexibiliteit op hoogspanningsniveau, waar er bijna geen potentieel is. Er zijn echter gebieden waarop wij ons als voorloper en “front runner” kunnen positioneren. Het delen van energie en elektromobiliteit maken daar deel van uit. Aangezien het profiel van ons gewest bevorderlijk is voor de ontwikkeling van deze technologieën, moeten wij ervoor zorgen dat ons elektriciteitsnet robuust genoeg is om ze op te vangen.

In 2022 heeft BRUGEL verschillende beroepen ingesteld bij de bevoegde autoriteiten. Waarom?

Pascal Misselyn: Na de goedkeuring van de nieuwe ordonnantie heeft BRUGEL de inhoud ervan zorgvuldig geanalyseerd en we hebben vastgesteld dat er bezorgdheid bestond over de tarieven. Wij waren van mening dat een van de maatregelen van de wetgever de regulator belette zijn prerogatieven ten volle uit te oefenen. Daarom hebben wij het Grondwettelijk Hof gevraagd of de wetgever geen inbreuk pleegde op de bevoegdheden van de regulator. En of het niet wenselijk is deze bepaling te schrappen of te wijzigen.

Wij zijn ook in beroep gegaan tegen een besluit betreffende de budgettaire controle die de regering op BRUGEL uitoefent. Wij vonden dat we dergelijke bepalingen niet konden laten passeren. Want als we een budget krijgen, moeten we het zelfstandig kunnen beheren.

 

Na de vaststelling van de nieuwe tarieven, de nieuwe algemene voorwaarden en de invoering van de Geschillendienst in 2021 had de watersector 2022 als een lang, rustig jaar moeten ervaren. Wat is er gebeurd?

Pascal Misselyn: Er zijn twee belangrijke ontwikkelingen die een impact hebben op de watersector in 2022. De operator VIVAQUA stond voor een echte uitdaging wat betreft zijn operationele kosten, met name voor lonen en kosten van onderaannemers. En aangezien de intresten op schulden in deze periode zijn veranderd, zijn de terug te betalen financiële bedragen ook gestegen. In oktober nam VIVAQUA contact op met BRUGEL om te wijzen op een bepaling van de tariefmethodologie: die om te voorzien in een tariefwijziging om uitzonderlijke redenen. De operator heeft daarom de economische crisis ingeroepen om er in 2023 van te profiteren.

Naast dit markante punt kreeg VIVAQUA ook te maken met de grillen van een computerapplicatie. Eind 2021 lanceerde VIVAQUA een nieuw factureringsplatform, dat sinds zijn ingebruikname te kampen heeft met storingen. De operator, die er maandenlang niet in slaagde om correct te factureren, keek al snel aan tegen een liquiditeitstekort in een inflatoire context op deze kosten. Dit tweede probleem kan niet worden opgelost door de uitzonderlijke tariefverhoging en zal in 2023 moeten worden aangepakt. In ieder geval maken wij ons - als regulator - zorgen over de grondslagen van de financiële structuur van VIVAQUA. Eind 2022 hebben we de Regering hierop geattendeerd.

Bent u niet bezorgd dat deze “uitzonderlijke” verhoging van de waterprijs de meest kwetsbare bevolkingsgroepen zal treffen?

Pascal Misselyn: Absoluut! Een dergelijke stijging van 15% zal zeker gevolgen hebben voor het huishoudbudget. Wij waren verheugd te vernemen dat de gewestelijke regering van plan is de sociale tegemoetkoming snel in deze richting bij te sturen. Het doel is ervoor te zorgen dat de meest kwetsbare afnemers niet door een dergelijke tariefverhoging worden benadeeld.

 
Als regulator maken wij ons zorgen over de grondslagen van de financiële structuur van VIVAQUA. Eind 2022 hebben we de regering hierop geattendeerd.
Pascal Misselyn
Directeur van BRUGEL
 

Hoe verliepen uw contacten met de operatoren in 2022?

Pascal Misselyn: Onze relaties met de energie- en wateroperatoren waren zeer stabiel en vruchtbaar. Wij konden rekenen op constructieve interacties op basis van dialoog en overleg. Wij hebben regelmatig bijeenkomsten gehouden met alle actoren in de sectoren om te begrijpen hoe zij werken en hoe zij de problemen aanpakken. En op basis van dit overleg hebben we geprobeerd gemeenschappelijke oplossingen te vinden.

Naast dit markante punt kreeg VIVAQUA ook te maken met de grillen van een computerapplicatie. Eind 2021 lanceerde VIVAQUA een nieuw factureringsplatform, dat sinds zijn ingebruikname te kampen heeft met storingen. De operator, die er maandenlang niet in slaagde om correct te factureren, keek al snel aan tegen een liquiditeitstekort in een inflatoire context op deze kosten. Dit tweede probleem kan niet worden opgelost door de uitzonderlijke tariefverhoging en zal in 2023 moeten worden aangepakt. In ieder geval maken wij ons - als regulator - zorgen over de grondslagen van de financiële structuur van VIVAQUA. Eind 2022 hebben we de Regering hierop geattendeerd.

Régis Lambert: Het is waar dat wij weliswaar veel overleg hebben gevoerd met de regulerende instanties, maar wij aarzelen niet om onze standpunten te laten gelden. Omdat we willen dat de operatoren hun werk zo goed mogelijk doen. En op de meest efficiënte manier.

En hoe zit het met uw raad van bestuur?

Pascal Misselyn: Eind 2022 zijn twee nieuwe bestuurders toegetreden tot de raad van bestuur, terwijl de voorzitter officieel werd benoemd. Zo heeft BRUGEL nu een volledige raad van bestuur, met vijf bestuurders en een volwaardige voorzitter. Wij zijn ervan overtuigd dat deze raad van bestuur nu de stabiliteit van BRUGEL voor meerdere jaren zal verzekeren.